‘We moeten online misbruikslachtoffers helpen hun privacy weer terug te krijgen’

Terre des homme logo
Kinderen online op hun smartphone

OPINIE – Recente gebeurtenissen lieten maar weer eens zien dat jongeren en kinderen niet alleen op straat risico lopen, maar ook online. Als samenleving zoeken we naar maatregelen die mensen een veiliger gevoel geven: betere verlichting, meer toezicht, camera’s op plaatsen waar jongeren dagelijks komen. Volgens Gráinne Le Fevre, directeur Terre des Hommes, lijken deze maatregelen vaak logisch en noodzakelijk. Maar waarom accepteren we deze redenering in de fysieke wereld, terwijl er meteen een privacydebat ontstaat als het om digitale oplossingen gaat?

Het installeren van fysieke camera’s langs een route kan ervoor zorgen dat regelmatige gebruikers zich veiliger voelen. Een waakzaam oog houdt een oogje in het zeil en kan hopelijk ingrijpen wanneer er gevaar dreigt of toeslaat. Het is een algemeen aanvaarde afweging: een beetje privacy opgeven in ruil voor veiligheid. Online is de kwestie complexer, maar de centrale vraag blijft dezelfde: welke instrumenten gebruiken we om kinderen te beschermen en slachtoffers te helpen? Zelfs als het een oplossing kan zijn in de strijd tegen het grootschalige aanbod van beelden met kindermisbruik of nieuwe slachtoffers kan voorkomen.

Dat er iets moet gebeuren, bleek afgelopen week weer: Nederland blijkt een tophost te zijn voor online beelden van seksueel misbruik van kinderen. Onderzoek van de Britse organisatie Childlight, in samenwerking met Terre des Hommes, laat zien dat Nederland verantwoordelijk is voor het hosten van zestig procent van het totale aanbod van dit soort beelden in West-Europa. Op wereldschaal is dat dertig procent. Ook het aanbod van misbruikbeelden op het wereldwijde web groeit elk jaar weer, blijkt uit cijfers van de International Watch Foundation. En dan is er ook nog de opkomst van de met AI gegenereerde kindermisbruikbeelden.

De middelen om deze vreselijke misbruikbeelden aan te pakken zijn op dit moment nog beperkt. Je hebt uiteraard de politie, maar die heeft een capaciteitstekort om echt een vuist te maken. Dan is er de Autoriteit online Terroristisch en Kinderpornografisch Materiaal (ATKM) die bijvoorbeeld boetes mag uitdelen aan hostingdiensten, maar zij zien natuurlijk ook niet alles. Uiteindelijk bestaat de aanpak van dit probleem voornamelijk uit regulering door de techbedrijven zelf. Naast de vraag of deze techbedrijven genoeg doen, weten ze ook niet altijd wat er door hun digitale deuren komt, vanwege allerlei privacywetgevingen die de gebruikers, en dus ook daders, beschermen.

Privacy is natuurlijk een fundamenteel recht. Daar moet je als maatschappij zorgvuldig mee omgaan. Ook online. Maar de andere kant is wel dat de beelden van seksueel misbruik tot in de lengte der dagen gedeeld kunnen worden. Dat is ook een grove schending van de privacy, maar dan van de slachtoffers. Op dit moment wordt er in Europa een wet behandeld die juist slachtoffers wil voorkomen en beschermen en die deze foute beelden wil aanpakken. In de media zingt deze nu al populair rond als “chat control”, groot geworden door allerlei angstbeelden over privacy. Maar de echte naam van deze wet is “Verordening tot vaststelling van regels ter voorkoming en bestrijding van seksueel misbruik van kinderen”. Klinkt minder sexy, maar het zegt wel wat het gaat doen: strijden tegen kindermisbruik. Ook online. Dat willen we toch?

Ik in elk geval wel. Er moet veel meer gebeuren om kinderen en jongeren online te beschermen tegen seksueel misbruik en we moeten de slachtoffers helpen om hun privacy weer terug te krijgen. Dat kan met zo’n wet. De veiligheidsmaatregelen die hierin meegenomen worden, zorgen ervoor dat de online privacy voor alle internetgebruikers gewaarborgd is. En hopelijk geldt hier dan ook de algemeen aanvaarde afweging: een beetje privacy opgeven in ruil voor online veiligheid.

Dus, laten we praten over die camera, die we in de echte wereld als een uitkomst zien, maar ook online het verschil kan maken. Laten we praten hoe we grip krijgen in de aanpak van online kindermisbruikbeelden en de daders. Laten we samen opkomen voor een veilige leefwereld van onze jeugd, offline, maar ook online.

Een ingekorte versie van dit opiniestuk is op zaterdag 25 oktober 2025 gepubliceerd in het Algemeen Dagblad.