Terre des Hommes winkel vrijwilliger Thea: “Het opkomen voor kinderen is de rode draad”

Thea Haverkort (67) is bestuursvoorzitter van de Terre des Hommes winkel in Utrecht: “In 2009 ging ik op zoek naar een goed doel dat zich inzet voor kwetsbare kinderen. Ik kwam bij Terre des Hommes uit en las op de website over de winkels. Omdat er in mijn woonplaats Utrecht nog geen winkel was, belde ik naar het kantoor. Toevallig bleek die week een groepje bij elkaar te komen om een nieuwe winkel op te zetten. Zo raakte ik betrokken. Mijn voornaamste taken waren PR en het werven van vrijwilligers. 

Het opkomen voor kinderen is de rode draad in mijn leven. Ik heb een achtergrond in maatschappelijk werk en heb onder meer gewerkt voor Jeugdzorg. Daardoor kwam ik vaak met kansarme kinderen in aanraking en zag ik veel armoede. 

Toen ik een kleindochter kreeg en de winkel draaide, stopte ik met vrijwilligerswerk. Maar een paar jaar later werd ik weer benaderd met de vraag of ik het bestuur wilde versterken. Sindsdien ben ik bestuursvoorzitter. Het leukste aan deze rol vind ik het organiseren en het bijeenbrengen van mensen. 

We hebben nu een hechte club van 25 heel gemotiveerde vrijwilligers, waarvan een derde al sinds het begin bij ons werkt. Zij hebben allerlei achtergronden: een docent Nederlands is verantwoordelijk is voor de boekenafdeling, en andere vrijwilligers zorgen weer voor de winkelverkoop en -inrichting, het etaleren, het werk in het magazijn of het maken van roosters. Ieders inzet is welkom. Als vrijwilliger moet je zelfstandig kunnen werken. Als winkelverkoper moet je om kunnen gaan met de kassa, heb je veel contact met (vaste) klanten en mensen uit de buurt  en moet je goed kunnen vertellen over het werk van Terre des Hommes. Kortom, het werk is afwisselend en je kunt taken doen waar je goed in bent.

Het mooie aan de winkel is: de omzet gaat naar projecten voor kinderen, de spullen krijgen een nieuw leven, het biedt een oplossing voor mensen met een kleine portemonnee én de winkel vervult een sociaal aspect, zowel voor de medewerkers en de klanten, als voor de buurt. Zo zetten we bijvoorbeeld ook acties op in samenwerking met scholen, en brengen we onze overtollige kleding naar de kledingbank verderop in de straat. De gemeente noemt onze winkel ‘de parel van de straat’. Daar doe ik het voor, en ik hoop dit werk nog heel lang te blijven doen.”